Skip to content

IJzel en sneeuw

Besneeuwd landschap

Op de weg gaat het vaak mis vanwege gladheid. Wanneer het vriest, ijzelt of sneeuwt, is het verstandig om je voor te bereiden voordat je de weg opgaat. Hoe je dat doet, lees je hieronder. 

Wordt er gewaarschuwd voor gladheid en/of sneeuw? Of zie je dat het buiten sneeuwt/glad is terwijl je van plan bent om de weg op te gaan? Kijk dan even op de website van het KNMI of er sprake is van een code geel, oranje of rood. Wij raden je aan om in dat geval de adviezen op te volgen en je te bedenken of je wel echt de weg op moet.

Ga je toch de weg op? Zorg ervoor dat je de sneeuw en ijs van je auto verwijdert zodat je goed zicht hebt. En rij in de winter met winterbanden. 

  • Houd afstand van je voorganger.
  • Voeg in met gepaste snelheid en voldoende afstand.
  • Kijk ver voor je uit.
  • Trek rustig op.
  • Rem in een bocht juist niet.
  • Begin je te glijden? Blijf kalm en gooi het stuur niet ineens om.
  • Blijf alert, ook met winterbanden.
  • Zorg voor een goede bandenspanning.

Stoppen op de vluchtstrook bij extreem weer?

Wanneer het door extreem weer niet meer verantwoord is om verder te rijden, is stoppen op de vluchtstrook een begrijpelijke keuze. De omstandigheden maken het immers moeilijk om de auto veilig te besturen. Net als bij pech of onwel worden. Maar de vluchtstrook is geen veilige plek om stil te staan. Rijd dus, als het maar enigszins mogelijk is, langzaam door naar een veilige parkeerplek.

Meer weten over rijden met gladheid of wat te doen wanneer je vastzit met de auto in de sneeuw? Kijk dan op de website van de ANWB. 

Fietsen met gladheid

Ook fietsen met gladheid is gevaarlijk, wordt er gewaarschuwd voor gladheid en hoef je niet perse de weg op? Blijf dan thuis en wacht tot de gladheid voorbij is. Ga je wel de weg op dan kun je de volgende tips onthouden:

  • Zet het zadel lager. Zo kun je beter met je voeten bij de grond, zodat je eerder steun kan zoeken wanneer je dreigt te vallen.
  • Laat wat lucht uit je banden lopen. Zachte banden zijn breder en geven net wat meer grip.
  • ‘Lees’ het wegdek. Let tijdens het fietsen extra goed op. Glinsteren de klinkers of het asfalt, dan is de kans groot dat daar een laagje ijs ligt.
  • Houd afstand van de rand van de weg. Juist aan de rand van de weg hoopt de sneeuw en ijs zich vaak op.
  • Bereid je reis goed voor. Veel gemeenten zetten op hun websites de straten waar goed gestrooid of geveegd wordt. Op de Routeplanner van de Fietsersbond zijn ze makkelijker te vinden. Ga voor je op weg gaat even zitten en plan een route langs zoveel mogelijk schone straten.

Meer informatie