Jouw studentenhuis brandveilig

Lotte, Liza en Karlijn

In september 2023 brandde de keuken van Lotte, Liza en Karlijn volledig uit. Oorzaak: een defecte vaatwasser! Gelukkig was er alleen materiële schade, maar de schrik zit er nog steeds behoorlijk in. Zelfs zo dat  deze meiden niet terug willen naar de woning.

Voorkom brand

• Telefoon of laptop opladen? Het veiligst is overdag. Eigenwijs en toch ‘s nachts? 😉 Leg het apparaat op een harde (onder)grond en niet op je bed.
• Roken? Beter niet (in bed). En maak je sigaret uit in een asbak. In een plantenbak wil een peuk namelijk nog wel eens gaan roken. Gooi de asbak leeg als de peuken uit zijn. Of druk de peuk uit in een laagje water.
• Koken, frituren, airfryen of tosti’s maken? Blijf er bij! En haal de stekker uit het stopcontact als je uitgesnackt bent.
• Wasgoed drogen? Doe dat op een afstandje van je kachel.
• Kaarsjes of wierook branden? Let op dat er geen brandbare dingen in de buurt komen.

Zorg dat je kunt vluchten

Als er toch brand uitbreekt, heb je maar een paar minuten om jezelf in veiligheid te brengen. Daarom is het van groot belang dat je maatregelen neemt om zo snel mogelijk te kunnen vluchten.

• Rookmelders worden aangeraden in alle kamers en vluchtroutes, bijvoorbeeld in gangen en bij trappen. Ze zijn sowieso verplicht op alle verdiepingen. Heeft jouw huis dit niet? Bespreek het met je huisbaas of verhuurder.
• Plak je rookmelder niet af. Doe je dit wel, dan werken ze niet of minder goed. Check eens in de zoveel tijd of ze het nog doen en vervang de batterijen op tijd of vraag je huisbaas om dit te doen.
• Brandblusser: slim om op elke verdieping te hebben. Studentenhuizen met meer dan vier kamers? Dan is de brandblusser verplicht. Check eventueel je huurbaas.
• Hou vluchtroutes vrij en zorg dat je deuren in vluchtroutes makkelijk en snel kan openen.
• Doe deuren in huis dicht, bijvoorbeeld van je slaapkamer, keuken, of GK. Rook verspreidt zich dan veel minder snel.

Hoe herken je een toezichthouder?

• Hij of zij rijdt in een rode brandweerauto. Dit kan een personenauto zijn.
• De toezichthouder heeft een brandweeruniform aan.
• De toezichthouder geeft aan dat hij van de brandweer is en een brandveiligheidscontrole komt uitvoeren.
• De toezichthouder kan zich altijd legitimeren met een pas of met een brief waarop staat: “Besluit toewijzing toezichthouders”.

Twijfel je? Bel je huisbaas.

Waar kijkt een toezichthouder naar?

In studentenhuizen wonen vaak veel mensen in kleine ruimtes bij elkaar. Daarom is brandveiligheid hier misschien wel nog belangrijker. En brandveiligheid gaat niet alleen om het voorkomen van brand, maar ook om wat je kunt doen als er wel brand is. Als er een brand ontstaat, heb je namelijk maar een paar minuten om jezelf in veiligheid te brengen. We zien vaak dat in studentenhuizen de gangen gebruikt worden om spullen te bewaren of rookmelders worden afgeplakt. Ook dat kan gevaarlijke situaties opleveren.

Tijdens een controle checkt de toezichthouder daarom het volgende:

• Zijn de rookmelders correct geplaatst en zijn deze in werking;
• Zijn de vluchtwegen vrij van brandbare en losse objecten en kunnen vluchtwegen direct geopend worden (denk daarbij ook aan sloten);
• Het gebruik van elektriciteit en bedrading waaronder stekkerdozen;
• Zijn brandbare objecten als kaarsen en wierook brandveilig geplaatst.

Twijfel je of je te maken hebt met een echte toezichthouder? Bel ons dan:  088 162 5000. Of neem contact op met je huisbaas.

Samen met je huisbaas

Verhuurder en huurder zijn samen verantwoordelijk voor brandveiligheid. De verhuurder moet zorgen voor bijvoorbeeld een brandmeldinstallatie, rookmelders en blusmiddelen. En deuren in de vluchtroute moeten makkelijk en snel te openen zijn. Gebruik maken van losse sleutels kan, maar deze zijn in panieksituaties vaak zoek. Sloten met een vaste draaiknop of panieksluiting hebben de voorkeur. Dit kun je bij je huisbaas navragen.

Huurders zijn ook verantwoordelijk voor een brandveilig gebruik van het pand, zoals het vrijhouden van vluchtwegen. Bespreek de brandveiligheid in jouw huis met je huisgenoten. En spreek je huisbaas aan als  de maatregelen onvoldoende zijn.