Ga naar hoofdinhoud

Van jas naar tas: unieke shoppers gemaakt van het zwarte uitruktenue

“Kunnen jullie ‘iets’ met onze oude zwarte uitruktenues?” Met die vraag klopte collega Arie Smedinga een tijdje geleden aan bij Werkbedrijf Eemsdelta. Deze vraag leidde uiteindelijk tot de unieke tassen die alle VRG-collega’s nu thuis hebben liggen. Een vernieuwend project, zowel voor het werkbedrijf als voor de VRG. “Wij zijn de eerste veiligheidsregio die op zo’n grote schaal de pakken recyclen.”

Benieuwd hoe de tassen in elkaar zijn gezet? Kijk dan onderstaande video:

Klik op deze link voor de ondertitelde versie van de video.

Wie voor het eerst rondloopt in het enorme pand van Werkbedrijf Eemsdelta, in Appingedam, kijkt de ogen uit. In grote hallen zijn de medewerkers bezig met uiteenlopende werkzaamheden: van het verpakken van verschillende producten en het werken met elektronica tot het stofferen van meubels en het repareren van fietsen. En dan is er, niet te vergeten, nog het naai-atelier, waar onze eigen tassen zijn gemaakt. Achterin de ruimte staan twee kasten speciaal voor Brandweer Groningen. In de ene kast zitten de naaibenodigdheden voor het repareren van de kaki bluspakken en in de andere kast die voor de rode. Al zo’n zes jaar verzorgt het werkbedrijf namelijk de reparaties van de Groningse uitruktenues.

Emotionele waarde

Maar zo’n driekwart jaar geleden klopte Arie Smedinga, vakspecialist Techniek en Ondersteuning, met een hele andere vraag aan bij het werkbedrijf: kunnen jullie ‘iets’ met onze oude zwarte uitruktenues? Arie: “Binnen de werkgroep die bezig was met de rode pakken kwam de vraag omhoog: kunnen we niet iets laten maken van de oude pakken? Voor veel mensen zit er namelijk emotionele waarde aan dat uitruktenue, want daar hebben ze jarenlang in rondgelopen. En iedereen heeft de pakken moeten inleveren, dus wat zou het mooi zijn als ze daar op de een of andere manier nog iets van terugzien dat ze ook daadwerkelijk kunnen gebruiken.”

“Normaal gesproken maken wij als naai-atelier werkkleding, zoals overalls, labjassen en bodywarmers”, vertelt Louis Sikkema, teamleider van de afdeling productie van het werkbedrijf. “Dus de vraag van Arie was opeens heel wat anders. Maar wij kijken altijd wat er mogelijk is. We zijn eerst eens bij onze naaisters gaan navragen wat voor ideeën zij hadden en kwamen al snel uit bij een tas. We hebben verschillende prototypes gemaakt en gepresenteerd aan Arie: een shopper, een laptoptas en een rugzak. Uiteindelijk is de keuze gevallen op de shopper, omdat zo’n tas door iedereen is te gebruiken.”

Samantha knipt de stof van één van de oude pakken

Dikke stof

Het nieuwe project zorgde aanvankelijk voor wat weerstand bij sommige naaisters, vertelt Kees Hielema. Hij is productieleider van het naai-atelier. “Het knippen van de stof is best zwaar werk, doordat het zo dik is. ‘Dat kunnen wij toch helemaal niet?’, werd er gezegd. Maar gelukkig kregen we elektrische scharen van Ballyclare, de leverancier van de rode uitruktenues, waarmee het een stuk makkelijker werd.”

Het hielp bovendien dat Samantha, een van de naaisters, gelijk enthousiast was over het project. Kees: “Zij heeft de rest daarin echt meegenomen. Ook had ze veel ideeën over het maken van de tassen. Hier een oogje voor een sleutel, daar een binnenzak of een zak aan de buitenkant.” Dat is ook precies wat Samantha zo mooi vond aan het maken van de tassen: “Ik kon er echt mijn creativiteit in kwijt en ik kreeg veel vrijheid. Het was een uitdaging om van elke tas iets bijzonders te maken.”

Voordat van de tassen jassen gemaakt konden worden, zijn ze eerst nog gewassen door het werkbedrijf. En toen bleek dat lang niet alle jaszakken leeg waren, vertelt Louis lachend. “We hebben hier en daar wel wat opmerkelijke dingen aangetroffen, ja. Het meest gekke was een kogelhuls. Daarnaast hebben we onder meer een sleutelbos en een raamtikker gevonden.”

Win-winsituatie

Het maken van de tassen zorgde voor een bijzondere samenwerking tussen de naaisters, vertelt Kees. “Dat was mooi om te zien, want normaal gesproken zitten ze achter elkaar aan tafels om bijvoorbeeld overalls in elkaar te zetten. Maar nu zaten ze met zijn drieën of vieren samen om een grote tafel en was het echt een groepsproject. Ook heb ik sommigen zien groeien: vrouwen die eerst zeiden dat ze het niet konden, heb ik later met veel plezier aan de tassen te zien werken. Dat is ook precies waar we als werkbedrijf voor staan: het is ons doel om mensen op een hoger plan te zetten en ze iets te laten leren.”

Een win-winsituatie voor beide partijen, dus. Voor het werkbedrijf volgde er gelijk al een soortgelijke vraag van een collega, namelijk om tassen te maken van oude bouwdoeken. Louis: “Wij hebben onze horizon dus ook verbreed. We zijn er trots op dat we in zo’n korte tijd zoveel tassen van goede kwaliteit hebben geleverd. En het belangrijkste: onze mensen vonden het heel leuk en leerzaam om eraan te werken.”

Ook voor Arie was het een uniek en waardevol project. “Normaal gesproken gaan de oude pakken terug naar het NIPV (Nederlands Instituut Publieke Veiligheid), waar ze worden versnipperd. De snippers worden gebruikt in onder meer meubels. Het is mooi dat wij de stoffen op een hoogwaardigere manier opnieuw gebruiken. Wij zijn de eerste regio die de pakken op zo’n grote schaal recyclet. Ook is het waardevol dat we samenwerken met een maatschappelijke organisatie als het werkbedrijf. En ik vind het bijzonder dat de veiligheidsregio dit project heeft gefaciliteerd. Er heeft best wat moeten gebeuren om het überhaupt mogelijk te maken. Dat is zeker niet vanzelfsprekend!”